h
VERKIEZINGSPROGRAMMA 2018 - 2022

DUURZAAMHEID, ENERGIE, NATUUR EN MILIEU

Wat wil de SP voor Venlo?

  1. Bij nieuwbouw bekijken of gasloos opleveren kan, alternatieven voor aardgas stimuleren.
  2. Zorgvuldiger omspringen met grondstoffen. Meer doen om schonere lucht te krijgen.
  3. Een schoner wagenpark, milieuvriendelijke en minder belastende alternatieven.
  4. Terugdringen energieverbruik, duurzamer bouwen.
  5. Uitstoot en filedruk terugdringen, maatregelen en alternatieven stimuleren.
  6. Investeren in duurzamer produceren, ecologische voetstap verkleinen.
  7. Hindernissen wegnemen voor ontwikkelingen van hernieuwbare opgewekte energie.
  8. Stortplaatsen streng controleren, risico’s in kaart brengen.
  9. Openbaar groen zorgt voor leefbaarheid, zwerfvuil aanpakken, openbare ruimte vergroenen.
  10. Een stimuleringsfonds of projectensubsidies voor energiezuinige innovaties.
  11. Natuurgebieden doortrekken, bijzonder of kwetsbaar groen beschermen.
  12. Biodiversiteit bewaken, flora een impuls geven, gifstoffen bestrijden.
  13. Windturbines op land leveren vooral weerstand op, alternatieven bekijken.
  14. Dierenambulance en dierenopvang beter faciliteren.
  15. Een passend antwoord op de uitdagingen in de landbouw en veeteelt.
  16. Beheersing van de grondwaterproblematiek in vooral de binnenstad.
  17. Stimuleren goede verwijdering van asbest.
  18. Venlo als circulaire stad.

 

 

Hoe wil de SP dit bereiken?

  1. Er liggen plannen om voor nieuwbouwwoningen niet meer te verplichten dat die aangesloten zijn op het aardgasnetwerk, om zo ruimte te geven aan alternatieve manieren om woningen te verwarmen. Venlo afficheert zich graag als een duurzame stad, dan dient ze alternatieven voor aardgas te stimuleren zoals de elektrische warmtepomp, een warmte-installatie (bij hoogbouw) of stadsverwarming door restwarmte of energie die vrijkomt bij tuinbouwbedrijven te koppelen aan woningen en ondernemingen in de stedelijke gebieden. Voor de eerste twee opties geldt dat de aanleg relatief duur is voor een particulier, hier zou de gemeente met subsidies in tegemoet kunnen komen, naast bestaande subsidies voor woning-isolatie en zonnepanelen. Het subsidiebedrag verdient zichzelf terug door een duurzamere wijze van energiegebruik en verbeteringen voor luchtkwaliteit en milieu. Plus dat mensen geld besparen (‘nul-op-de-meter’) wat hun koopkracht verbetert, die bestedingen vloeien zo terug in de economie. 
  2. Zorg voor de natuur en het milieu, en het zorgvuldig gebruik van grondstoffen zijn van belang voor de wereld die we willen doorgeven aan de volgende generaties. Maar ook voor de gezondheid en leefomgeving van nu.
Door zorgvuldig groenbeheer, stimuleren van slimmer openbaar vervoer, gebruik van alternatieve brandstoffen en verbeterde en goed onderhouden fietsnetwerken kan de gemeente luchtvervuiling bestrijden en de luchtkwaliteit verbeteren.
  3. Bij vervanging van gemeentelijke voertuigen wordt overgegaan op voertuigen die voor het beoogde gebruik op de meest duurzame wijze zijn geproduceerd en bij voorkeur van alternatieve brandstoffen/energie gebruik maken. Bij de aanbesteding van een nieuwe vervoersconcessie kiest de SP voor milieuvriendelijke en minder milieubelastende alternatieven.
  4. We streven naar het terugbrengen van het totale energieverbruik. Woningcorporaties maken flinke stappen om hun woningvoorraad te verduurzamen wat niet alleen kosten bespaart maar ook beter voor het milieu is doordat het energieverbruik daalt. De gemeente kent een hypermodern en energiezuinig nieuw stadskantoor maar kent net zo ook nog veel oude(re) panden die nog veel energie slurpen. Daar waar mogelijk dienen die panden duurzamer te worden. Net als dat de gemeente duurzaam bouwen onderdeel maakt bij nieuwbouw van woningen en bedrijfspanden. Daarbij moet een maximale inspanning geleverd worden om het energiegebruik en de verspilling van materialen terug te dringen. Maar ook om gebouwen zo veel mogelijk energieneutraal te maken of energie te laten produceren. De daken van veel bedrijfsgebouwen (logistieke magazijnen) zijn geschikt voor de aanleg van zonnepanelen. Hiervoor worden dringende afspraken gemaakt bij plannen voor renovatie en nieuwbouw.
  5. Uitstoot van zwaar vrachtverkeer in de woongebieden dringen we terug. Denk hierbij aan het verminderen van vrachtwagens bij de bevoorrading van winkels en bedrijven in de centra. Bekeken moet worden welke alternatieven daarvoor zijn zoals verzamellocaties van waaruit met ongemotoriseerd verkeer bevoorraad wordt. Dat zorgt voor minder verkeer, filedruk, uitstoot en is beter voor de luchtkwaliteit en dus gezondheid. Hierbij kijken we ook naar maatregelen om sluipverkeer door vrachtwagens in de wijken tegen te gaan. Vervoer van gevaarlijke stoffen brengen we buiten het leefgebied. Parkeergarages worden voorzien van fijnstoffilters.
  6. De uitgangspunten van het cradle-to-cradle (C2C) principe zijn mooi maar in praktijk lastig uitvoerbaar. De basis van C2C is dat alle materialen hergebruikt moeten kunnen worden na sloop, maar ook bij de bouw enkel gebruik mag worden gemaakt van zulke materialen die uit de directe omgeving dienen te komen. Een nobel streven maar in praktijk nog moeilijk uitvoerbaar. C2C is nu vooral een economisch verdienmodel en marketinginstrument, de certificeringen lijken achter te lopen bij de doelstelling, C2C lijkt daarmee op z’n retour. Ook omdat meer bedrijven zoeken naar andere mogelijkheden voor duurzaam produceren. De principes van duurzaamheid en effectief hergebruik omarmen we en daarop moet meer worden ingezet. We investeren in een duurzame economie zodat we allen de ecologische voetstap verkleinen.
  7. Het gebruik van kernenergie wijzen we af, net als (boringen naar) schaliegas of steenkoolgas. De gevaren zijn groot en de risico’s op lange termijn ongewis. Het is typisch oude energie-politiek en het frustreert lokale duurzame energie-initiatieven. De winning van schalie- en steenkoolgas past niet in het duurzaamheidsbeleid dat de gemeente nastreeft, mede door de huidige risico’s en overlast bij winning en vormen daarnaast een hindernis voor het verder uitrollen en ontwikkelen van duurzame, schone, hernieuwbare en lokaal opgewekte energie.
  8. De inmiddels gesloten afvalstortplaatsen moeten goed gecontroleerd blijven worden om uit te sluiten dat giftige stoffen terecht komen in het grondwater of anderszins de omgeving vervuilen, zorgen voor gezondheidsrisico’s en milieuschade. Mogelijke risicogebieden worden in kaart gebracht. Op termijn dienen deze stortplaatsen gesaneerd te worden.
  9. Openbaar groen draagt bij aan de leefbaarheid van stad en wijk. Dat dient goed onderhouden te worden. Het ‘restgroen’ (stukjes die nooit bestemd zijn als groen maar inmiddels wel die functie kregen) wordt in kaart gebracht. Vervolgens wordt bekeken welke gebieden inmiddels zo waardevol geworden zijn, dat ze bescherming als groengebied verdienen. Reststroken aan versteende openbare ruimte willen we ‘vergroenen’, zoals inzaaien met gras en bloemen. Zwerfvuil uitroeien is vooral een zaak van mensen op hun gedrag aanspreken maar ook door voldoende prullenbakken beschikbaar te stellen. Als men wil dat klein (huishoudelijk) chemisch afval (KCA) ingeleverd wordt dan dient het inleveren ook laagdrempeliger te worden. Het wegbezuinigen van de ophaaldienst gaan we ombuigen naar het uitbreiden van de lokale inleverpunten voor ook KCA.
  10. Innoverende bedrijven komen met steeds energiezuinigere toepassingen voor onder meer de bouw, zoals isolerend glas en zonnepanelen die meer energie opnemen en opwekken. Het zou goed voor onze bedrijven en het milieu zijn wanneer we meer gebruik maken van die innovaties. Een stimuleringsfonds of projectsubsidie kan hierbij helpen. Daarmee creëren we een win-win situatie. Hiervoor ligt een aanbieding bij de Provincie. Verbreed de inzet en benut de mogelijk-heden. Daarmee worden bedrijven tevens gestimuleerd om zelf ook energiezuiniger te werken.
  11. Natuurgebieden moeten we koesteren, bijzondere en kwetsbare flora en fauna dienen beschermd te worden. De gemeente draagt hier actief aan bij. Bijvoorbeeld door het doortrekken van natuurgebied Maasduinen. Het nationaal park De Maasduinen maakt deel uit van een aaneenschakeling van natuurgebieden langs de oostoever van de Maas, van Gennep tot vlak voor Arcen. Het kan aaneengroeien tot een enorm langgerekt natuurgebied. Venlo profileert zich graag als groene gemeente, maak het dan ook waar. Het gebied herbergt diverse ecosystemen en kent veel biodiversiteit aan planten en dieren, en is een mooie aanvulling als toeristisch gebied en als rustpunt in een drukke stadse omgeving. Een kans voor het grijpen.
  12. We dienen meer rekening te houden met de relatie tussen stad en platteland en dan vooral de positie van de natuur daarin. Biodiversiteit dienen we veel beter te bewaken dan wij tot nu toe doen. Eén van de voorwaarden is daarbij kennis en besef, de wil en de moed om de cultuur te veranderen zoals het gebruik van gif (onkruidbestrijding) terug te dringen. Daarmee roepen we bijvoorbeeld een halt toe aan de sterfte van bijen en andere insecten maar ook van andere dieren in die voedselketen. Milieuvriendelijkere gewasbescherming zorgt er ook voor dat flora en fauna beter beschermd worden en verdreven planten en dieren terugkeren. Dit voorkomt tevens dat de stad en het platteland overbelast zou raken of zelfs onleefbaar zou worden
  13. Windturbines zijn een oplossing voor het verduurzamen van de energiebehoefte maar verstoren ook de aanblik van het landschap. (Komt bij dat de productie veel zeldzame grondstoffen (mineralen en metalen) kost die vaak onder slechte omstandigheden gewonnen worden, ten koste van mens en milieu, zo stelde onlangs de duurzame ontwikkelingsorganisatie ActionAid in een studie). Windturbines worden steeds groter en hoger waardoor ze ook meer slagschaduw kennen en weerstand oproepen. Diverse studies stellen dat binnen een straal van 3 kilometer je beter niet in de buurt van een windturbine kunt wonen vanwege overlast van (ultrasoon) geluid en trillingen. De wieken zouden voor vogels, vleermuizen en insecten een vroege dood zijn. De kosten en effectiviteit van windturbines op land ten opzichte van de opbrengst tonen aan dat men windturbines het beste op een plek zet waar ze maximaal rendement halen, zoals op zee. Alternatieven als zonnepanelen zijn meer gewenst en kennen nauwelijks weerstand.
  14. De Dierenambulance en dierenopvangcentra (asiel) zijn private instellingen die door zorg van vele vrijwilligers voor de hele regio bezig zijn met dierenwelzijn; de opvang, zorg en het vervoer van verwaarloosde en mishandelde (huis)dieren. Hiervoor krijgen ze een beperkte (verplichte) bijdrage van gemeenten waardoor de inzetbaarheid eveneens beperkt is, wat zorgt voor onnodige problemen in aanrijdtijden en frustraties bij meldingen. De gemeente dient te bezien of de uitvoering van taken nog wel in verhouding staat met de financiële vergoeding en of de facilitering beter kan waardoor de reactietijd verbeterd en vrijwilligers waardering krijgen.
  15. De landbouw in het algemeen en de intensieve veehouderij in het bijzonder staan voor grote uitdagingen. Uitdagingen ook rondom klimaatverandering, megastallen, mestoverschotten, mestverwerking, uitstoot van schadelijk stoffen als ammoniak en fijnstof, de opvolgings-problematiek bij agrarische familiebedrijven, asbest, verpaupering van het platteland en illegale activiteiten in agrarische bedrijfsgebouwen. De SP wenst een integrale aanpak van deze problemen met als in het oog springende maatregelen het stoppen van de groei van het aantal dieren in de intensieve veehouderij en een bedrijfsbeëindigingsregeling. Boeren ontwikkelen zich naar meer duurzame bedrijven, verbreden zich waar nodig tot zorg- of dagbestedingsbedrijven of ontwikkelen een recreatieve neventak en streven naar meer diversiteit via biologische landbouw.
  16. Al jaren hebben in vooral de binnenstad woningen en bedrijven te stellen met overlast door een te hoog grondwaterpeil waardoor kelders blijven vollopen. In januari 2017 stelden we er nog vragen over maar uit de antwoorden kwam er geen oorzaak voor de problematiek en dus ook geen oplossing. In mei dienden kregen we een motie aangenomen voor de beheersing van de grondwaterproblematiek. Daarmee is er nog geen oplossing maar komt die wel dichterbij.
  17. Vanaf 2024 zijn in heel Nederland asbestplaten op vooral daken verboden maar er gebeurt nog te weinig dit asbest ook daadwerkelijk verwijderd te krijgen. Vooral bij boerenbedrijven maar ook bij particulieren ligt nog veel asbest op het dak. Bedrijven komen mogelijk in aanmerking voor een saneringsbijdrage maar particulieren niet. Willen we dat het asbest verwijderd wordt en dat dit overal en altijd op een zorgvuldige wijze gebeurt, dan zal ook de gemeente mensen hiertoe moeten aansporen. Subsidiemogelijkheden hiervoor zijn er bij de provincie, wijs de mensen daar meer op en pleit voor een verruiming van de inzet.
  18. De circulaire stad: een stad waarin we slimmer en efficiënter omgaan met grondstoffen, energie en afval om een zelfregulerende en duurzame relatie met onze biosfeer te creëren. We kijken wat er al kan, wat er gebeurt, maar ook wat er nodig is om initiatieven verder te brengen en slimme verbindingen tussen kringlopen en mensen te leggen. We onderzoeken samen wat een collectief perspectief op een circulair Venlo ons kan brengen.

 

 

Wat heeft de SP bereikt in Venlo de afgelopen 4 jaar?

  • De bezuiniging op groenonderhoud steeds weer aangekaart waardoor er nu langzaam meer geld naar toe zal gaan maar daarmee is het nog niet opgelost.
  • Regelmatig gewezen op het probleem van zwerfafval en het tekort van prullenbakken (werden eerder grotendeels wegbezuinigd). Aangedrongen dat lokale initiatieven voor het opruimen van zwerfvuil beter gefaciliteerd worden; als de gemeente wil dat burgers zelf zaken oppakken dan hoort daar ook wat tegenover te staan.
  • Toezeggingen gekregen dat het gemeentebestuur bij bouwbesluiten de ondernemingen dringender wijst op duurzaamheidsprincipes en mogelijkheden om daken vol te leggen met zonnepanelen om zo ook te voldoen in de eigen energiebehoefte.
  • Per motie afgedwongen dat er in Venlo niet geboord gaat worden naar schalie- of steenkoolgas.
  • Actie gevoerd om de verouderde kerncentrales in België gesloten te krijgen en de investeringen vanuit Nederlandse pensioenfondsen in die kerncentrales aan de kaak gesteld.
  • Stimuleringssubsidie voor ontkoppelen hemelwater van het riool waarmee regenwater de tuin van water voorziet. Vermindert de druk op het rioleringsstelsel, spaart aan waterzuivering en bespaart drinkwater dat anders voor het bevochtigen van tuinen gebruikt zou worden.
  • De SP organiseerde in 2017 een eerste informatiebijeenkomst, ‘Van groei naar bloei’, over de noodzakelijke veranderingen in de landbouw. De opgedane visie is verwerkt in dit hoofdstuk.
  • Samen met de VVD kreeg de SP een motie aangenomen voor een operationeel beheer van de grondwaterstand ten einde de situatie te kunnen beheersen rond schommelingen van het grondwater dat met name in Venlo zorgt voor regelmatig ondergelopen kelders.
  • Na aandringen gaat het stadsbestuur meer werk maken van de verplichte asbestverwijdering en particulieren wijzen op wat er te wachten staat en welke mogelijkheden er zijn. Door onze aanhoudende aandacht zien we dat op diverse plekken initiatieven ontstaan zoals in Steyl waar een pilotplan werd gepresenteerd om 8000 vierkante meter aan asbestplaten van de kloosterdaken te verwijderen en vervangen voor onder meer betere isolatie en zonnepanelen.

U bent hier