Venlo

Op vrijdag 23 september vindt de eerste editie plaats van het politieke jongerencafé in Venlo. Hierbij gaan vooral jongeren met elkaar en politieke partijen met elkaar in gesprek over datgene jongeren bezighoudt, welke zaken zij belangrijk vinden en waar de lokale politiek oog voor dient te hebben.

 

Initiatiefnemer Kalani van Bavel kwam tot dit idee nadat hij en zijn medeleerlingen (Kalani is 14 jaar en zit in 4HAVO) interesse voor jongeren vanuit de politiek misten. Hij legde zijn idee neer bij de SP Venlo die samen met hem de schouders onder dit initiatief zetten. Het leek hen goed om naast de SP ook andere partijen te betrekken. Uiteindelijk hebben alle partijen uit de gemeenteraad besloten om mee te doen.

 

Kalani van Bavel: ‘Ik merk dat er in de politiek niet veel over, maar ook niet mét jongeren gesproken wordt over wat wij belangrijk vinden. Als de politiek zaken voor jongeren beslist moeten ze wel weten wat er leeft. Toen ik mijn idee bij de SP neerlegde kreeg ik meteen alle medewerking.’

‘Om daadwerkelijk de politiek te betrekken polsten we alle partijen in de gemeenteraad. Ze reageerden allen even enthousiast om mee te doen. Dat geeft denk ik ook wel aan dat politieke partijen jongeren belangrijk vinden maar men ook moeite heeft ze te bereiken. Erg leuk dat wij dit samen oppakken en nu gestalte geven.’

 

 

Deelnemende partijen zijn naast SP ook PvdA, GroenLinks, Denk, VVD, CDA, PVV, D66, EENLokaal en FvD. Ook met de drie OGVO-scholen is samenwerking. Net als met het gemeentebestuur dat het stadhuis beschikbaar stelt.

 

Ondanks dat deze eerste editie niet daadwerkelijk plaats vindt in een café zal het wel die gezelligheid uitstralen. We kijken uit naar een eerste geslaagde editie en nodigen alle jongeren tussen de 12 en 24 jaar uit de gemeente uit om mee te doen.

 

‘We willen dit café niet eenmalig organiseren. Wil de politiek echt luisteren moet het een vervolg hebben, het liefst meerdere keren per jaar. Mogelijk dat we richting eind van dit jaar al de 2e editie kunnen organiseren. We begrijpen ook dat dit nog moet groeien en een naam moet krijgen om uiteindelijk meer jongeren te betrekken.’ Aldus Kalani.